Paul Gols doet onderzoek naar ‘wandelende steenbakkerijen’
In 1823 brengen Jacob van Lennep en Dirk Hoogendorp op hun reis door Noord-Nederland een bezoek aan de Maatschappij van Weldadigheid. Van Lennep zegt ‘Ook heeft men zeer geschikte wandelende steenbakkerijen als in Braband’. Wat precies onder wandelende steenbakkerijen verstaan werd, was lang niet bekend. In 1818 werden in Kolonie I in vliegende vaart de eerste 52 koloniewoningen gebouwd door de Maatschappij van Weldadigheid. Kolonie II, III, IV, V, VI en VII volgden. Hier werden kolonisten vanuit het hele land gehuisvest om in het kader van armoedebestrijding te bouwen aan zelfvoorzienende landbouwkolonies.
De kosten voor de bouw van zo’n huisje bedroeg 500 gulden. De stenen om de huizen te bouwen werden van elders aangevoerd naar Frederiksoord. Wanneer men in de nabijheid van de bouwplaats stenen zou kunnen bakken, zou de kostprijs volgens Van den Bosch 250 gulden bedragen. Hij liet de grond onderzoeken en vond een leemlaag, wisselend in diepte en dikte. Turf als brandstof voor de ovens was voldoende in de omgeving aanwezig. Ervaren steenbakkers werden uit Eindhoven gehaald om de kolonisten het vak te leren. Vanaf 1819 werden de bakstenen door de Maatschappij in eigen beheer gemaakt. De stenen werden gebakken in primitieve, tijdelijke, veldovens in de buurt van de te bouwen huizen en vindplaats van keileem.
Eenmalig gebruik
Het proces verliep als volgt: leem delven, leem kneden, leem vormen in een houten mal, laten drogen en tenslotte bakken. Dit alles duurde bijna een jaar. De gedroogde stenen werden op een specifieke, luchtdoorlatende manier gestapeld. Stookgaten werden vrijgehouden en het geheel werd dichtgesmeerd met leem en ter isolatie afgedekt met dikke lagen graszoden.
De oven, gevormd door de te bakken stenen, werd na het bakproces afgebroken en er kon gebouwd worden. Het wandelen van de steenbakkerijen wat Van lennep zag, duidt op het eenmalig gebruik van de veldoven.
Een volgende veldoven kon op dezelfde of een andere plek worden opgebouwd, dichtbij leem of nieuw te bouwen huisjes. Noch in het kadaster van 1832 en 1880, noch in het archief van de MvW werd gesproken van vaste gebouwen als steenbakkerijen. In 2021 werd op het internet een proefschrift voor de Universiteit van Wageningen gevonden, geschreven in 1964 door J.D. Dorgelo. Hij haalt in zijn boek S. von Grouner aan, die in 1821 voor het Koninkrijk Beieren Frederiksoord bezocht om landbouwkundig onderzoek te doen. Het gebruik van veldovens en het maken van bakstenen werd in die tijd als onderdeel van landbouw gezien. In Von Grouners werk is het hele proces nauwkeurig beschreven en er staat een illustratie van een veldoven in Frederiksoord uit 1821.
Meer informatie over het onderzoek van Paul Gols uit Zorgvlied over de ‘wandelende steenbakkerijen’ van de Maatschappij van Weldadigheid en de bouw (in 2019) van de veldoven: www.veldovenzorgvlied.nl
laatste aanpassing: 31 maart 2023