De begraafplaats van de MvW al vanaf 1829 in gebruik
Over de ingebruikname van de begraafplaats en de eerste kolonisten die er werden begraven is in de archieven niets te vinden. In 1829 werd Philip Busquet er begraven, hij betaalde hiervoor tweeduizend gulden aan de Maatschappij van Weldadigheid en eiste dat er fruitbomen bij zijn graf werden geplant. (Bron: Jan Mensink, Droom en Weldaad.)
Busquets graf is hier niet meer te vinden. Nog wel aanwezig uit 1829 is het graf, een rijksmonument, van de douairière de Sturler. Zij was de tweede schoonmoeder van Johannes van den Bosch en woonde in Frederiksoord in het huisje bij de rotonde. Bij de oude kindergrafjes, rechts langs de beukenhaag, staat een enkele grafsteen en paaltjes met alleen een nummer. De namen die bij de nummers horen zijn niet te achterhalen. We spreken uitvaartondernemers Sako en Serry Kiers, die vanaf 2018 als vrijwilligers voor de MvW de plekken beheren, bemiddelen en administreren. Er zijn een kleine duizend mensen begraven aan de Oranjelaan.
Cultuurhistorische waarde
Van ongeveer de helft van hen is de naam bekend. Je verwacht dat op zo’n idyllisch plekje vast veel mensen begraven worden, maar dat blijkt niet het geval. Er vinden hier maar een of twee begrafenissen per jaar plaats, ondanks vele aanvragen en voldoende ruimte. In het algemeen wordt in Nederland een op de vijf mensen begraven, de overigen kiezen voor crematie. Je komt niet zomaar in aanmerking voor een plekje aan de Oranjelaan. De oude graven worden niet geruimd vanwege cultuurhistorische waarde. Er is een nieuw stuk in gebruik genomen, waar ook urnen begraven kunnen worden. In het reglement ‘Toegang tot begraven’ staat beschreven wie in aanmerking komen om hier begraven te worden. Je moet in dienst geweest zijn bij de MvW, huurder of pachter zijn, of je geruime tijd verdienstelijk hebben gemaakt als vrijwilliger voor de kolonie. Gewoon geboren en getogen in de kolonie is niet voldoende. Uiteindelijk beslist het bestuur van de MvW.
Laatste aanpassing: 31 maart 2023